Euthanasie en de wet
Artsen kunnen in bijzondere omstandigheden euthanasie uitvoeren en hulp bij zelfdoding verlenen als een patiënt daar om vraagt. De euthanasiewet, ofwel de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (Wtl), benoemt de voorwaarden waaronder euthanasie of hulp bij zelfdoding mogelijk is.
Wat is euthanasie?
Bij euthanasie dient een arts dodelijke medicijnen toe aan een patiënt om een eind te maken aan ondraaglijk en uitzichtloos lijden. Ook hulp bij zelfdoding door een arts valt onder de euthanasiewet. De patiënt neemt dan zelf dodelijke medicijnen in.
Strafbaar
Het beëindigen van het leven van een ander is strafbaar. Ook als dit op verzoek van de patiënt gebeurt. Maar mensen die ernstig ziek zijn en veel lijden ervaren, zoals pijn en benauwdheid, kunnen soms de wens hebben om niet langer meer te leven. Als er geen andere oplossingen meer zijn voor het lijden, kan een arts in bepaalde gevallen euthanasie of hulp bij zelfdoding verlenen. Dit staat in de euthanasiewet. De arts is niet strafbaar als hij zich houdt aan de 6 zorgvuldigheidseisen.
Euthanasie alleen mogelijk op verzoek van de patiënt
Euthanasie kan alleen op het verzoek van de patiënt zelf en dus niet van een familielid of andere naaste. Ook mag euthanasie alleen bij mensen die ouder zijn dan 12 jaar. Onder omstandigheden kan een schriftelijk euthanasieverzoek in de plaats komen van een mondeling verzoek, als de patiënt zijn wens niet meer zelf kan uiten. In zo’n schriftelijke verklaring legt de patiënt vast onder welke omstandigheden hij zou willen dat de arts euthanasie uitvoert. Alleen een mondelinge of schriftelijke wilsverklaring is niet voldoende. Er moet aan alle zorgvuldigheidseisen van de wet worden voldaan. Het is dus nog wel aan de arts om in te schatten of de situatie van de patiënt aan alle zorgvuldigheidseisen van de wet voldoet. De mondelinge of schriftelijke wilsverklaring van een patiënt is daar een onderdeel van.
Bij welke aandoeningen is euthanasie mogelijk
De meeste mensen bij wie euthanasie wordt uitgevoerd, hebben ongeneeslijke kanker of een andere ernstige lichamelijke aandoening. Maar de wet bepaalt niet dat euthanasie alleen kan plaatsvinden bij terminale patiënten. Of dat het lijden door een lichamelijke ziekte moet komen. Een euthanasieverzoek van patiënten met een psychiatrische stoornis, kan dus ook onder de wet vallen. En in sommige gevallen kan een arts een euthanasieverzoek van een patiënt met dementie inwilligen.
Wel moet de patiënt een medische aandoening hebben. Mensen die ‘levensmoe zijn’ of hun leven ‘voltooid’ vinden, maar geen medische aandoening hebben, vallen niet onder de euthanasiewet. Mensen die meerdere medische (ouderdoms)aandoeningen hebben, kunnen soms wel een beroep doen op de euthanasiewet.
Arts niet verplicht om mee te werken aan euthanasie
De euthanasiewet geeft geen recht op euthanasie. Een arts is dus niet verplicht om euthanasie uit te voeren. Ook niet als de patiënt een wilsverklaring heeft opgesteld. Of als het verzoek aan alle zorgvuldigheidseisen uit de wet voldoet. Als een arts de euthanasie niet zelf wil uitvoeren, moet hij dit altijd met de patiënt bespreken. Dan kan de patiënt eventueel contact opnemen met een andere arts. Artsen verwijzen soms naar een collega. Het komt ook voor dat de arts een patiënt verwijst naar de Levenseindekliniek.
Een arts meldt altijd de euthanasie
Een arts die euthanasie heeft uitgevoerd, moet dit altijd direct melden bij de gemeentelijke lijkschouwer. De meldingsprocedure bij euthanasie staat beschreven op de website van de regionale toetsingscommissies euthanasie.
Commissie toetst zorgvuldigheid van handelen arts
Regionale toetsingscommissies beoordelen artsen die euthanasie uitvoeren. Zij controleren of artsen zich hebben gehouden aan de wettelijke zorgvuldigheidseisen. In iedere commissie zitten in elk geval een arts, een ethicus en een jurist.
De regionale toetsingscommissies publiceren hun oordelen over gemelde euthanasiegevallen op hun website.